maandag 29 juni 2015

Life goes on

Griekenland dat mogelijk failliet gaat, een Arubaanse man die misschien door politieoptreden het leven liet of waarbij op z’n minst de ambulance gebeld had moeten worden en de naderende hittegolf. Het zijn de thema’s van deze week en toch doet het kleine nieuws me meer dan al die grote dingen bijeen. Of moet ik zeggen het leed van deze week. 

Neefje verdronken

Mijn lief z'n neefje is verdronken.  Kinderen en volwassenen in Gambia kunnen niet zwemmen en als ze dan toch de zee ingaan, loopt dat vaak verkeerd af. Het kind was na school zelf naar het strand gegaan dat heel ver van zijn huis ligt en werd uren later levenloos uit de zee gevist. Het lichaam werd onderzocht en begraven toen het was vrijgegeven. Maar niet voordat er uitgebreid voor de zielenrust van de overledene was gebeden. Tevens gaan 40 dagen van rouw in, waarin elke uiting van feestelijkheid wordt geschrapt. En daar sta je dan als ouder, als achterblijvende. 

Betsje Lemsma

Life goes on zeggen ze daar. Ze kunnen er ook niet anders, omdat er elke dag wel iemand sterft. Maar ik moest er aan denken omdat hier in ons eigen dorp Betsje Lemsma overleed. Vrienden en collega’s van mijn ouders, plakboeken vol van hun feestjes heb ik nog. Herinneringen van lang geleden toen ze veel met elkaar omgingen en ze veel plezier hadden.  Na het overlijden van mijn ouders altijd een vriendelijk woord, altijd even gezellig kletsen. We zouden nog een keer naar een gezamenlijke vriend. Het kwam er niet meer van. Omdat alles veranderde door die rotziekte. Life goes on.  Het zal allemaal wel. Ik vind het alleen maar erg verdrietig. 

donderdag 11 juni 2015

Lijstjes



Al jaren ga ik een weekje naar Oerol. Het valt me op dat de tijd tussen die vakanties steeds korter lijkt. Het is net alsof ik vorige week nog ging en nu moeten we alweer. Moeten, dat klinkt niet bijster enthousiast. Maar zo voelt het momenteel ook even. Ik had het zo leuk bedacht: Niet te veel doen op die laatste dag en dan heel relaxt mijn vriendin van Schiphol halen. Daar kwam al de eerste kronkel, want zij bleek pas na tien uur in de avond een keer te landen. Ik weet nu al dat ik dan doodmoe ben en dat we daarna ook geen tijd hebben. 

Boot naar Terschelling

De boot gaat morgen namelijk al om 10 uur en als we ook nog wat willen slapen, moeten we na thuiskomst het bed al wel opzoeken. Maar er was zoveel meer dat tegenzat. Twee interviews en allerlei telefoontjes bijvoorbeeld. Moest er allemaal even tussendoor. Wilde ik niet, maar het werd me min of meer opgedrongen. En wat staat er nog meer op het lijstje: stofzuigen, dweilen, wc doen, bed verschonen waar vriendin in moet liggen, wasjes draaien, koffer inpakken. Oh ja en rekeningen schrijven, rekeningen betalen, rekeningen declareren. 

Eten en Oerol

Ik had er ook nog bij gezet dat ik moest eten. Helemaal niet verkeerd, want ik heb dan wel snel wat broodjes naar binnen geslagen maar of er vanavond überhaupt iets op het menu staat, betwijfel ik. En ik moet ook nog twee artikelen schrijven. Deze is daar een van. Hij nadert gelukkig de finish, maar een onderwerp dat veel moeilijker is, ligt op de loer. Ga je mee zwemmen appte een andere vriendin net. Ik dacht ja, maar deed nee. Omdat dat hele rijtje nog afgewerkt moest worden. En misschien is dat juist wel helemaal verkeerd. 

maandag 8 juni 2015

Een uurloon van 333 euro

2400 euro. Wie wil dat nu niet? Voor menig huishouden een kapitaal waar ze mooi weer een poosje mee vooruit komen. Voor velen een bedrag waar ze maanden voor moeten werken. Maar diezelfde 2400 euro wordt ook gegeven voor een stuk of 5 coaching gesprekken voor mensen die hun producten willen exporteren. De overheid betaalt dat bedrag om er voor te zorgen dat er meer geld het land inkomt en meer producten het land uitgaan. Wat op zich een nobel streven is en de economie vooruit kan stuwen. Maar moet dat echt 2400 euro kosten?

Een gesprek van 500 euro

Per gesprek is dat zo bijna 500 euro. De gesprekken die wij voeren  duren (want ja wij volgen momenteel zo’n traject)  zo rond de 1,5 uur. Dat is dan een uurloon van jawel 333 euro. Ik zit me af te vragen wat een gemiddelde verpleegster of verpleger die alles moet doen om iemand te helpen per maand mee naar huis neemt. Of de politie die in gevaarlijke situaties mensen moet redden. Of  de thuiszorghelpenden,  die vieze huizen schoonmaken of achterwerken afvegen. Of de bakker die elke ochtend om 3 uur in de hitte zijn broden staat te kneden en te bakken.

Riant uurloon

Geen van alles, daarvan ben ik zeker gaat met zo’n riant uurloon naar huis. Toch kan ieder bedrijf zo’n traject aanvragen. De regering betaalt en het enige wat nodig is, is een handtekening op het einde van het verhaal.  Voor de helft van het bedrag kan het naar mijn mening ook. Dat kunnen al die andere mensen misschien ook een fatsoenlijke boterham verdienen.

maandag 1 juni 2015

Lieve Gea,

Een excuus is hier op z’n plaats. Ik was er niet bij maandagavond. Ik drukte jouw mannen, je ouders, schoonmoeder, je zusje , je schoonzussen en -broers niet de hand om ze sterkte te wensen met jouw heengaan. Dat was wel het plan, maar ik merkte naarmate de dag vorderde dat ik het steeds moeilijker ging vinden. Ik ging niet, omdat het om jou moest gaan, niet om mijn emoties. Ik hoopte dat je dat zou hebben begrepen.

Uit wat ik van je heb meegemaakt zou dat het geval zijn. Altijd als je op je fietsje voorbij kwam karren, een lief woord. Even een praatje, een hart onder de riem. Die bijzondere ontmoeting bij jullie thuis staat op mijn netvlies gegrift. Je zat heerlijk op de praatstoel toen we je een prijs kwamen brengen die je had gewonnen.  Je toonde vol trots je huis, dat met zoveel passie  was ingericht. En je sprak vol zoveel liefde over je jongens. We babbelden, je liet zien hoe creatief je bent, er was zoveel warmte. Maar toen al klaagde je over bepaalde zaken die je wel aan jezelf merkte. Zo wist je opeens mijn naam niet meer.

Die rotziekte had je toen misschien al in zijn greep. Je bleef in mijn ogen echter ongelofelijk sterk.  Ik weet nog goed hoe ik je voor het eerst weer zag nadat voor de tweede keer was geconstateerd dat de ziekte terug was en je alweer aan de chemo’s was gegaan. Ik kwam uit de sportschool, jij stond daar met je hoofddoekje op en ging naar de supermarkt. Dat moment is me altijd bijgebleven. We kenden elkaar eerst alleen van de wandelgangen, maar dat veranderde toen ook ik zo’n hoofddoekje moest gaan dragen. Je was een inspiratiebron, maar wat had ik gehoopt,  dat je omringd door je geliefden nog zeker 30 jaar had mogen leven. Want lieve Gea je was veel te jong om te sterven.  Veel te jong, veel te geliefd en veel te veel mens. Maar daar maalt die stomme ziekte niet om.