dinsdag 12 maart 2013

Even een slang doorslikken zegt de dokter

Anders dan de kop doet vermoeden ben ik niet naar de dierentuin geweest. De slang waar ik vandaag mee te maken had leeft niet in een kooi, maar in de handen van de dokter. Hij was er overigens niet minder angstaanjagend door. Hierboven op de foto zie je wat ik vanochtend heb moeten inslikken. Alsof het een lekkernij was. Nou dat was het niet.

Ik kuch en slik al maanden erg moeilijk. Ik ben hees en moet constant mijn keel schrapen. Daarnaast heb ik al lang het gevoel dat er iets in mijn slokdarm zit dat er niet hoort. Voordat ik ziek werd had ik dat probleem ook al. Hoestbuien tot ik moest kotsen duidden er op een gegeven moment op dat er toch echt iets fout zat. Maar dat had niets met bronchiën of longen te maken, het bleek maagzuur te zijn dat terug liep in mijn keel.

Om daar achter te komen moest ik naar de KNO arts. Die stopte toen een klein slangetje in mijn neus en kwam daarmee uit in mijn keel. Alles ontstoken was zijn uitkomst. Ik moest van alles doen om die schade te beperken. Een dieet, geen drank, niet laat meer eten, slapen met klossen onder het bed waar het hoofdeinde zich bevindt en maagzuurremmers slikken. Dat deed ik allemaal braaf en dat leek te werken. Ik moest echter wel weer terugkomen, maar heb dat nooit gedaan. Ik had iets anders te doen, namelijk borstkanker overwinnen. Maar deze maand bekroop me een grote angst: dat kuchen en schrapen, die ellende in mijn keel die in het kwadraat was teruggekomen moest wel een oorzaak hebben. Natuurlijk zat daar ook kanker, dat kon niet anders. Zo werkt dat nu eenmaal bij kankerpatiënten.

Eerst stak ik mijn kop nog in het zand, maar uiteindelijk werd de angst me toch te groot. Ik meldde me weer bij de KNO arts, maar die vond dat er eerst weer een verwijsbrief moest komen. Mijn huisarts is de beroerdste niet en ze gaf dat papiertje snel. Met lood in mijn schoenen ging ik naar de beste man toe. Weer ging er een slang door mijn neus in mijn keel (ook niet fijn), maar hij kon niets vinden. Om zeker te zijn verwees hij me door naar de internist. Ik kon direct doorlopen om een afspraak te maken en weken geleden leek die afspraak nog heel ver weg te zijn. Maar afgelopen weekend besefte ik me, nu gaat het echt gebeuren.

En gebeuren dat deed het. Gisteren moest ik bij hem op spreekuur komen om te kijken of het onderzoek dat voor vandaag gepland stond echt door moest gaan. Toen hij mijn geschiedenis hoorde, oordeelde ook hij dat het nodig was. Stiekem had ik nog even gehoopt dat hij dwars door mijn keel, schildklier, maag en twaalfvingerige darm kon kijken, maar dat was helaas niet het geval. Ik moest en zou een slang opvreten, ook wel gastroscopie genoemd. Mijn broer zei dat het wel meeviel, dat ik me maar niet al te grote zorgen moest maken. Anderen hadden daar een andere mening over. En ik wist nog dat mijn moeder op een gegeven moment weigerde om dat onderzoek nog te ondergaan. Maar ja wat had ik voor keuze?

Vannacht maar een dikke slaappil genomen, in de hoop dat ik vanochtend dan nog zo ontspannen zou zijn dat ik die hele slang niet zou voelen. Nou echt wel. Bij binnenkomst zag ik het exemplaar al liggen. Ik schrok me dood. Het was niet een klein slangetje zoals je zou verwachten, maar meer een tuinslang. En dat moest in dat kleine keeltje van mij. Ik kreeg eerst een soort ring tussen mijn tanden en toen werd de slang op mijn tong gelegd. Mooi dat het eerste kokhalzen toen al begon. En niet alleen in mijn keel, mijn hele slokdarm en darmen deden mee. Zal me een mooi gezicht zijn geweest. De slang ging steeds verder in mijn lijf en op een gegeven moment verbaasde ik me erover dat mijn buik helemaal opzwol. Geen wonder: er werd allemaal lucht in geblazen. Kon er ook nog wel bij. De dokter manoeuvreerde ondertussen met die slang van links naar rechts en gaf aanwijzingen aan de assistent die de slang moest ondersteunen. Ik vroeg me vertwijfeld af waar ze toch in godsnaam mee bezig waren.

Ik probeerde rustig te blijven en kalm te ademen en dan ging het wel. Tot ik merkte dat het kwijl uit mijn mond liep. Toen snapte ik dat ik niet voor niets op een soort pamper lag met mijn hoofd. Alles wat uit me lekte werd daar opgevangen. Af en toe kwam mijn peristaltiek weer in beweging en leek het alsof mijn hele lijf aan het kotsen was. Maar dan zonder kots. Toen eindelijk de slang uit mijn keel werd getrokken, kwam er van alles mee. Een soort golf van alles wat zich in mijn maag bevond, ondanks het feit dat ik al vanaf gisteravond tien uur nuchter was. Ik werd afgeboend en mocht toen naast de dokter komen zitten. Die toonde me prachtige foto’s van mijn binnenkant, want de slang was niet alleen voorzien van een lampje, maar is blijkbaar ook een spiegelreflexcamera. De uitkomst was echter dat er niets te zien was en dat mijn binnenkant er roze en gaaf uitziet al die van een baby. Ik kreeg een folder mee van oorzaken waardoor al dat kuchen kon komen. Het zijn waarschijnlijk gewoon de naweeën van de chemo. Die maken van je slijmvliezen namelijk een grote woestijn.

Ik ben blij dat het dit de uitkomst is, nog blijer dat dat onderzoek voorbij is, maar mijn keel voelt momenteel aan als een rasp. Steek er een wortel in en er komt een salade uit.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten