maandag 23 januari 2012

Een klein zwart jongetje dat niet uit mijn hoofd wil

Er ligt een klein zwart jongetje op mijn buik. Zijn beentjes over die van mij, zijn hoofd in de holte van mijn nek. We kunnen niets anders dan liggen, want het huis van zijn papa heeft maar een enkele kamer en daarin ligt alleen een groot matras. Papa deelt dat appartement of eigenlijk de kamer van twee bij twee met een vriend, terwijl zijn zoontje en zijn zusje in een wat luxer huisje (een kamer met een slaapkamer die ook worden gedeeld met een andere familie) op een compound verderop wonen. Samen wonen kost te veel, daarom is gekozen voor deze oplossing.

De 4-jarige kleuter noemt zijn zusje van 16 jaar Mummie, omdat hij niet beter weet. Zijn echte moeder stierf in het kraambed, nadat ze jarenlang in een vluchtelingenkamp had doorgebracht en daar de vader van haar kind tegenkwam. Het was echte liefde zegt hij, maar door het ontbreken van goede medische hulp stierf ze aan bloedverlies na de bevalling. En toen stond hij er alleen voor en doet hij wat hij moet doen. Werken, werken en proberen de touwtjes aan elkaar te knopen om het kind en zijn zuster een redelijk bestaan te geven.

Hun eigen vader werd door de rebellen in Sierra Leone voor hun ogen vermoord, waar hun moeder is weten ze niet. Ze zoeken haar nog steeds, maar alle pogingen hebben tot nu toe niets opgeleverd. Het nu 16-jarige tienermeisje zorgt al vanaf de geboorte voor haar neefje, dat niet beter weet dan dat ze zijn moeder is. Het kind heeft een droevige blik in haar ogen. Geen wonder: ze werd op haar 6e verkracht door rebellen of soldaten en komt sindsdien nog amper buiten. Hoewel trouwen in dit West-Afrikaanse land zo normaal is als brood eten voor ons, komt het in haar woordenboek niet voor. Haar huis is haar beschermlaag, de ruimte waar niemand haar iets kan doen.

Twee dagen later zit ik weer in mijn eigen huis, waar mijn allerliefste vrienden en mijn broer mijn halve huis hebben verbouwd en gerestyled. Naar westerse maatstaven doe ik nu ook weer mee en ik ben ontzettend blij met die upgrading van mijn woonvertrekken. Als ik hoor hoe moeilijk het gegaan is om douche en keuken tot een paradijselijk geheel te maken, ben ik dankbaarder dan ooit. Maar het contrast met die ene kamer waar zoveel ellende samenkwam is zo groot, dat het moeilijk is om er van te genieten.

Op 6,5 uur vliegen zitten in een gewild Afrikaans vakantieland dat jongetje, zijn papa en zijn zuster/moeder en ik krijg ze maar niet uit mijn hoofd.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten